Rolstoeltennisster Marjolein Buis eind 2020 gedwongen met pensioen

Foto: Ger Loeffen

BEUNINGEN – Tokio 2020 worden de laatste Paralympische Spelen voor rolstoeltennisster Marjolein Buis. De nieuwe handicapregels van de Internationale Tennis Federatie (ITF) en het Internationaal Paralympisch Comité (IPC) dwingen haar om eind volgend jaar een punt achter haar loopbaan te zetten. Haar beperking hoort volgens de organisaties niet meer in het rijtje ‘toegestane handicaps’.

Buis heeft het Ehlers-Danlos Syndroom (EDS): een aandoening aan haar bindweefsel, waardoor de banden en pezen die haar gewrichten bij elkaar houden, te slap zijn. In het dagelijks leven maakt de 31-jarige Beuningse gebruik van een rolstoel. Sinds 2006 speelt ze internationale rolstoeltennistoernooien. Haar handicap was nooit een issue. “De regels rond welke handicaps wel en niet waren toegestaan bij rolstoeltennis, waren tot nu toe simpel: heb je een handicap waardoor je niet lopend kunt tennissen, dan mag je rolstoeltennissen. Rolstoeltennis wilde een sport zijn voor iedereen. Maar na volgend jaar is rolstoeltennis een sport voor iedereen die in een bepaald vakje past.”

Handicapregels

Vanaf 2021 gaat de ITF namelijk het handicapregelboekje van het IPC gebruiken. De reden is simpel: doen ze dat niet, dan dreigt rolstoeltennis te verdwijnen van de Paralympische Spelen, waarvan het IPC de organisator is. Het IPC voert de regels door om uiteindelijk voor alle paralympische sporten eenzelfde soort handicapsysteem te hebben, met zo objectief mogelijk vast te stellen criteria. In alle paralympische sporten worden sporters geclassificeerd, om te bepalen in welke handicapcategorie zij mee mogen doen. De handicap van Buis valt in het IPC-boekje vanaf 2021 buiten de boot.

“Mijn handicap komt in verschillende gradaties, niet iedere patiënt heeft evenveel klachten”, erkent ze. “Daardoor zijn sporters met EDS lastiger te classificeren dan bijvoorbeeld mensen met een amputatie, bij wie duidelijk objectief vast te stellen is welke functies iemand mist. Maar als ik in het dagelijks leven altijd een rolstoel gebruik, dan is het toch logisch dat ik ook een rolstoelsport mag doen?”

Ontslagbrief

De gevolgen zijn groot; Buis ziet de beslissing van de ITF als een ontslagbrief. Ze zegt: “Ik word beroofd van mijn werk en mijn passie. Ik ben blij dat ik al 31 ben en een prachtige carrière heb gehad; gezien hoe lang ik al tennis, was ik toch niet tot 2028 doorgegaan. Maar ik had wel zélf willen kiezen wat mijn laatste toernooi zou zijn. Ik wilde tot Tokio fulltime spelen en daarna de leukste toernooien er uitpikken om af te bouwen en eens na te gaan denken over wat ik na mijn tenniscarrière zou gaan doen. Maar nu krijgt elk toernooi in 2020 een extra emotionele lading, want het is de laatste keer dat ik er speel. En moet ik nu al nadenken over wat ik daarna ga doen. Terwijl ik in het jaar van de Paralympische Spelen alleen bezig wil zijn met presteren. Niet met afscheid nemen.”

Positieve kant

Het enige positieve aan het verhaal is dat Buis zich in elk geval kán gaan kwalificeren voor Tokio 2020. “Even zag het ernaar uit dat de ITF de nieuwe regels nog vóór die Spelen wilde introduceren”, vertelt ze. “Dan was het voor die tijd al klaar geweest. Gelukkig heeft de Nederlandse tennisbond (KNLTB) daartegen geprotesteerd. Zo’n ingrijpende beslissing iets meer dan een jaar voor de Paralympische Spelen nemen; dat zou helemaal belachelijk zijn. Zover is het dus ook niet gekomen en daar ben ik uiteraard blij mee.”

Uitgesloten

Buis wil wel benadrukken dat het niet gaat om ‘gehandicapt genoeg’ zijn. “Niemand heeft daar in al die jaren ooit aan getwijfeld. Anders had ik allang niet meer mogen spelen”, zegt ze. “Maar vanaf 1 januari 2021 sta ik gewoon niet meer in het boekje. Word ik uitgesloten. Zo simpel is het. Het IPC kan me ook niet uitleggen waarom die regels wel of niet eerlijk zouden zijn. Ze zeggen: dit is hoe we het bepaald hebben. Punt. Alsof ze zeggen: je mag niet meedoen als je rood haar hebt. Zo voelt het.”

Cookieinstellingen